Evaluatie overstroming Maas
Nu het gevaar van overstromingen is geweken zijn burgers en ondernemers druk geweest met opruimwerkzaamheden. Er is echter ook voor de gemeente Leudal nadrukkelijk “opruimwerk” aan de orde. Wij doelen dan op de noodzaak van een kritische evaluatie van de rol van de gemeente. Dat betreft zowel oorzakelijke relaties rond het ontstaan van de overlast maar zeker ook het optreden van de gemeente tijdens de overstromingen.
Thieu Wagemans: “Laat ik beginnen met positieve opmerkingen over de ervaring dat door het Rijk in samenspraak met Provincie en Waterschap genomen maatregelen goed hebben gewerkt. Zie bijvoorbeeld de bypass-constructie in Neer en de dijkverhoging aldaar. Ook positief was de grote en belangeloze bereidheid va burgers en ondernemers de helpende hand te bieden. Er zijn echter ook kritische kanttekeningen te maken waarbij ik me als raadslid beperk tot de rol en het optreden van de gemeente. Ik pleit voor een evaluatie waarbij vragen aan de orde komen rond het optreden van de gemeente ten tijde van de overstromingen maar zeker ook het optreden in beleidskwesties rond beschermingsmaatregelen in de afgelopen jaren, grofweg vanaf 2002. Ik beperk me tot een aantal vragen en realiseer me dat dit overzicht zeker voor aanvulling in aanmerking zal komen”.
Ten tijde van de overstromingen
Er zijn vragen rond de communicatie, in het bijzonder in de dagen voorafgaand aan de overstromingen. Toen bekend was dat overstromingen aanstaande waren werd door de gemeente een brief gestuurd naar burgers waarin zij werden gewaarschuwd voor overstromingen met de mededeling dat de gemeente geen actie zou ondernemen. Die brief werd door burgers ervaren als onbegrijpelijk en onthutsend. Dat roept de vraag op hoe het mogelijk was dat een dergelijke brief werd verzonden. Wie gaf daartoe de opdracht? Waarom is intern niet of onvoldoende krachtig gewaarschuwd dat die brief volkomen misplaatst was? Wat schrijven de protocollen en rampenplannen voor op het vlak van communicatie? Is daarvan afgeweken? De brief veroorzaakte paniek en die paniek werd nog vergroot door de mededeling van de gemeente dat burgers het maar zelf moesten uitzoeken. Enkel was er een telefoonnummer dat men zandzakken kon halen.
De Historie
Minsten zo ernstig zijn vragen rond de beschermingsmaatregelen en waarom dat die gebrekkig waren. Thieu Wagemans: “Ik doel dan bijvoorbeeld op de bescherming rond het retentiebekken in Horn/Haelen. Uit de stukken blijkt dat hierover in 2002 door de voormalige gemeente Haelen afspraken zijn gemaakt met Rijkswaterstaat. De verantwoordelijkheid kwam te liggen bij de gemeente aangezien niet werd ingestemd met de aanvankelijke plannen van Rijkswaterstaat. Uit een studie komt naar voren dat reeds in 2003 bleek dat de zogenaamde LEGO-Blokken onvoldoende bescherming boden. De hoogte van de voorziening werd op gezag van de gemeente verlaagd. Er werd een overeenkomst gesloten door de gemeente Haelen dat de blokken zouden worden opgeslagen en in geval van hoogwater zouden worden aangebracht”.
Dat roept de vraag op waarom dat niet is gebeurd. Waarom is de overeenkomst niet inwerking getreden? Uit de stukken blijkt dat ook de gemeente om meerdere redenen medeverantwoordelijk kan worden gehouden voor de ontstane overlast. In hoeverre dat te wijten is aan de voormalige gemeente Haelen dan wel aan de gemeente Leudal is eveneens een onderzoekvraag. Uit correspondentie blijkt dat ook de huidige gemeente Leudal zeer wel op de hoogte was van een gebrekkige voorziening en dat de kans op overstroming bepaald niet denkbeeldig was. Ook zijn er nadrukkelijke berichten dat op gezag van Rijskwaterstaat het inlaatpunt voor het retentiebekken later is verlaagd waardoor de kans op overstroming vanuit het retentiebekken toenam. Dat roept de vraag op waarom daartegen niet is opgetreden.
Ronduit Open heeft vaker gewaarschuwd voor de dijkverlaging rond het Lateraal Kanaal om zo plannen van Roermond mogelijk te maken rond de Noordplas. De recente gebeurtenissen benadrukken die zorg en maken die nog dringender en indringender. Ronduit Open heeft het college verzocht om op een zo kort mogelijke termijn een voorstel voor een evaluatieonderzoek aan de gemeenteraad voor te leggen.